27.12.06

In Maria's hutje


Ten behoeve van het jaarlijkse kerstavonddiner had ik me dit jaar gewaagd aan een kort kerstverhaal. Het ging over de bevruchting van Maria.
Synopsis: Jozef komt thuis en Maria vraagt of hij met haar naar bed wil. Jozef is verbaasd. Maria vertelt dat er een engel is geweest die haar gezegd heeft dat ze een kind van God krijgt. Maar ze vertrouwt dat niet en wil met Jozef. Jozef wordt jaloers op God en voelt zich overbodig. Maar Maria blijft zo liefdevol aandringen, ze wil een kind van haar grote liefde. Jozef gaat geloven dat hij als het ware door God gezonden is om dit karweitje op te knappen. Aldus geschiedt. De aartsengel sms’t God dat zijn plan volledig is geslaagd. Want zo is de moraal van het verhaal natuurlijk wel op Kerstavond: God’s hand is overal.
Heleens moeder, op weg naar de negentig jaar en van huis uit zwaar katholiek heeft zichtbaar moeite met mijn interpretatie. Ze houdt zich tijdens mijn voordracht kranig.
Hare Majesteit zei in haar kersttoespraak het volgende:
Respect begint met zélfrespect, een geloof in eigenwaarde. Dat wordt vertaald in de omgang met anderen, in gedrag en dialoog. Daarbij moeten wij ons bewust blijven van gevoeligheden die het diepste in mensen kunnen raken. Elkaar daarin ontzien is niet laf maar een teken van beschaving. Vrijheid blijheid geldt niet onbegrensd. Wie anderen beschimpt verliest zelf geloofwaardigheid; het onbeheerste woord schiet zijn doel voorbij. Om te kunnen omgaan met de vrijheid van het woord is respect onontbeerlijk.
Is zo’n kerstverhaaltje over de conceptie van Jezus nu een voorbeeld van het onbeheerste woord ? Of is het gebrek aan respect voor diegenen die werkelijk geloven dat een vrouw onbevlekt een kind kan krijgen? Of is het "zelfrespect" waarin ik, het onmogelijke inziend van een onbevlekte ontvangenis er toch nog een mooie draai aan weet te geven?
Ik denk dat Trix zich op gladder ijs begeeft dan ik.

Geen opmerkingen: