Op de laatste avond kwam de stemming er goed in toen een lied werd aangeheven waarin de gasten waren verdeeld in twee kampen: die van onder en die van boven de vijftig. Jan van Aleid bracht even later een mooie Cornelis Vreeswijk-imitatie ten gehore.
Marc, onder gitaarbegeleiding van Virga, had een gevoelige tekst op “Wat ik nooit zou willen missen, dat is vissen” gemaakt, geheel gewijd aan het Klaverjassen. Ronald vertoonde oude plaatjes van onze Leidse bestuurstijd en Sicco bracht vervolgens zijn vriendschap onder woorden. Hij had in zijn hele leven nog niemand gezien die zo wit was als ik. En dat we zo weinig spraken tijdens onze lange wandeltochten. Van Ronald moest ik mijn boerse pet afzetten en ik kreeg van de vriendenclub een Borsalino onder het motto “van platteland naar flamboyant”.
Fijke was, geheel als verrassing, helemaal uit Engeland gekomen voor het feestje. Gekker kon het niet. Jan Kroon bestierde de bar, later samen met de kleine Emma, als een volleerde waard. Tijdens zijn nakende pensioen kan hij wellicht Cafe de Grijze Duif gaan exploiteren. En Klaske, Ineke en Hanneke zag ik met helpende handen in de keuken. Babs zette zich meerdere avonden op alle fronten in. Er werd gezongen, er werd geswingt, er werd veel gekletst. Ik was in mijn element achter mijn I-Tunes-jukebox.
Een feest om van te dromen, omgeven door geliefden, vrienden, familie. Ik had niet mooier 50 kunnen worden. Een drie dagen durende open-hartoperatie.
3.2.07
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten